U wordt meegenomen naar een wereld van thee en theecultuur die in de 17de eeuw is ontstaan door toedoen van de Verenigde Oostindische Compagnie (VOC). Want het zijn de Nederlanders geweest die thee als verpakkingsmateriaal en ballast in hun schepen voor het eerst naar Europa brachten.
In het begin gebruikte men de gedroogde bladeren van de Chinese theeplant als geneeskrachtig kruid tegen onder andere hoofdpijn. Als genotsmiddel werd het in de 18de eeuw de favoriete drank van de elite. Bij ontvangsten pronkte men volop met theegerei van porselein en zilver, uitgestald op speciale theetafels. Op deftige buitenplaatsen langs de Vecht werden speciale theekoepeltjes gebouwd. Iemand dichtte: ‘kom, schenkt nog een kopken, van de Thé, dat edel zopken…’. Thee werd in de loop van de tijd een volksdrank, waardoor bierbrouwers soms in de problemen kwamen.
De Britten namen in de 19de eeuw de theehandel over met supersnelle zeilboten, de theeklippers. Tot op de dag van vandaag zijn thee en Engeland onlosmakelijk verbonden.